100 jaar geleden: Een tijdmachine in Groningen

Vriendelijk zijn ze in ieder geval wel, die Groningers. De hele dag zeggen passerende fietsers en wandelaars ‘Hoi!’, ‘Heu!’ en ‘Hallo!’ tegen me. Dat maakt de 21 kilometer die ik vandaag wegstap in een nieuwe etappe van het Nederlandse kustpad een stuk makkelijker.

In Warffum stuit ik (bij toeval) op een bordje naar een ‘openluchtmuseum’. ‘Serieus, hier?’, vraag ik me af. Maar een snelle blik op de website van het museum leert dat een flinke moot van het oorspronkelijke dorp bewaard is in de staat van ruim honderd jaar geleden. En alles ziet er uit alsof de bewoners en klanten zo kunnen terugkomen.

Het openluchtmuseum is opgericht in 1959 als Stichting Landbouwkundig, Oudheidkundig, Kunstminnend Museum Het Hoogeland. Het museumterrein ligt op het hoogste punt van de wierde in het centrum van Warffum. Op dit terrein bevonden zich in 1959 tien woningen, twee schoolgebouwen en een stal. De meeste gebouwen staan op de plaats waar ze altijd hebben gestaan. Aangevuld met enkele panden uit de regio geven ze een authentiek en fascinerend beeld van het dagelijks leven rond 1900, meldt de site van het museum.

Mistige dag

De dag begon een paar uur eerder met een ander Gronings pronkstuk in de rug: de Menkemaborg. Uithuizen ziet er grauw uit in een lichte mist. Even voor het passeren van de dorpsgrens loop ik langs ‘De Tille’, een gebouw met de sombere uitstraling van een kazerne, maar dat een zorgcentrum blijkt te zijn. Het uit 1976 daterende pand gaat echter tegen de vlakte om in 2025 plaats te maken voor een nieuw zorgcentrum: de Zijwende. Voor passanten zal hier in de toekomst een ruststop zijn met een theehuis.

Bij boerderij Elswerd aan de Doodstilsterweg hebben ze een rustplek voor wandelaars. Leuk om hier door het gastenboek te bladeren en te lezen over andere Kustpad-lopers. Foto: Sander Lindenburg

Na een flinke wandeling langs de Doodstilsterweg (vernoemd naar het nabij gelegen gehucht Doodstil) en het water van het Boterdiep komen de schoorstenen van de voormalige Steen- en draineerbuizen fabriek Ceres in beeld. Dichterbij blijkt het meer vervallen te zijn dan normaal gesproken in Nederland overeind blijft. Maar dat komt omdat het terrein sinds 1978 als ‘landschappelijk element’ wordt onderhouden. Het is begroeid met bosjes, hooilandjes, ruigtes en enkele bomenrijen. In 2011 is er op de plek van de oven een amfibieen poel gegraven. 

Met de bouw van de steenfabriek werd in 1857 begonnen. De fabriek kwam naast het in 1663 gegraven Boterdiep, zodat de aan- en afvoer van grondstoffen en producten via het water kon plaats vinden. Het bedrijf werd in 1969 gesloten.

De restanten van de steenfabriek uit 1857. Foto: Sander Lindenburg

Rottum

Maar een klein stukje verderop duik je nog verder in de historie. Gebouwd op de stenen van het oude klooster staat er een maquette van hoe Rottum er in vroeger dagen uitgezien moet hebben. ,,Het klooster Juliana was een benedictijns mannenklooster in het dorp Rottum in de Nederlandse provincie Groningen, gewijd aan de martelares Juliana van Nicomedië”, schrijft Wikipedia over deze plek.

“Het terrein van het klooster bestond uit een aantal gebouwen, die vanaf de 16e eeuw omringd werden door een binnen- en een buitengracht. Het huidige dorp Rottum ligt volledig binnen de vroegere buitengracht”, daar is nu echter niet zoveel meer van te zien. De eerste vermelding van het klooster dateert uit 1226.

En Rottum is natuurlijk de naamgever van Rottumeroog, omdat het voormalige klooster Juliana de belangrijkste eigenaar van dit eiland was.

Zo lag Rottum er honderden jaren geleden bij. Foto: Sander Lindenburg

Vuilstort

Wandelen helpt erg bij het nadenken. Over jezelf, maar ook over de wereld. Vooral als je dan de voormalige vuilstort van Usquert passeert. Dat is een bult die met 25 meter hoogte boven het verder volkomen vlakke landschap uitsteekt. Van 1972 tot 1997 werd hier vrijwel al het afval van Noord-Groningen naar toe gebracht. Van enige scheiding was toen nog geen sprake. Alles werd hier op een hoop gedumpt.

Een bord bij de ingang van de plek bezweert dat al die rommel veilig is ‘ingepakt’ in dik folie om zo de bodem en het grondwater te beschermen. In tegenstelling tot elders heeft deze bult geen recreatieve bestemming gekregen. In tegendeel: de aanhangers met afgedankte koelkasten en andere rommel rijden op deze dag nog af en aan. Aan de voet van de berg ligt sinds 2014 een nieuwe milieustraat, waarbij de rommel na schifting naar afvalverwerkers elders gebracht wordt.

Ster-bebouwing

Deze wandeling eindigt met een tocht door de dorpen Warffum, Rasquert en Baflo. Dat die op oude wierden (verhogingen in het landschap) gebouwd zijn is duidelijk te zien. In het boek van het Nederlands kustpad staat daar onder andere over: “In Baflo en Rasquert is het middeleeuwse radiaire nederzettingspatroon nog goed herkenbaar. De boerderijen stonden vroeger met de kop naar voren in een kring rond het hoogste punt op de wierde, waarop de kerk stond. De schuurdeuren aan de achterzijde grensden aan de ossengang, die rondom het dorp liep. (…) Tussen de boerderijen liepen weggetjes als spaken van een wiel vanaf de kerk omlaag”.

‘Paard aan de vaart’ in Warffum. Een ode aan het Groninger (trek)paard. Foto: Sander Lindenburg

Eerdere afleveringen van mijn wandelingen over het kustpad:

OutdoorOutdoor

Reageren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.