Mont-Saint-Michel bezoeken: 10 tips
Elke dag is het een komen en gaan van toeristen bij Mont-Saint-Michel. Zo’n 2,5 miljoen mensen brengen jaarlijks een bezoek aan de beroemde rotsklomp, die uit de zeebodem lijkt op te stijgen. En hoewel de al ruim 1300 jaar oude abdij in een uithoek ligt (zelfs als je de bekende contouren al duidelijk ziet, is het nog een eind rijden voordat je er écht bent) is het absoluut de moeite waard om er een bezoek aan te brengen. Niet voor niks staat het als nummer 80 op de werelderfgoed lijst.
Voor wie van wielrennen houdt is er deze zomer een extra reden om een bezoek te brengen aan de Franse attractie. De Grand Depart van de Tour de France (vorig jaar nog in ons ‘eigen Utrecht’) vindt ditmaal plaats bij de Mont-Saint-Michel.
10 tips voor Mont-Saint-Michel
Voor een aangenaam verblijf hier onder onze 10 tips voor een bezoek:
- Zoals met elke toeristische attractie van dit formaat geldt: Kom zo vroeg mogelijk. De meute slaapt uit in de vakantie, drinkt koffie en gaat dan eens op stap. Elk uur dat je er eerder voor 12 uur bent is winst en maakt dat je makkelijker door de smalle straatjes kunt bewegen.
- De parkeergelegenheid is veel beter dan dat het jaren terug was. Er is een enorme parkeerplaats die ook in hoogzomer de stroom auto’s aardig aankan. Bij de prijs van de parkeerkaart zit gratis vervoer in pendelbussen naar de ingang van het historische stadje inbegrepen (hoewel de afstand ook prima te lopen is).
- Souvenirs, ijs, eten, het is allemaal goedkoper bij de horeca en winkeltjes dicht bij de parkeerplaats. In Mont-Saint-Michel kunnen dit soort zaken wel twee keer zo duur zijn.
- Zodra je het stadje zelf binnenkomt is er behoorlijk verscholen in een nis aan de linkerkant een pinautomaat. Handig om te weten en om gebruik van te maken, want het is in veel gevallen simpeler en vooral sneller om contant te betalen. (Bovendien zijn de Fransen net als de Duitsers nog helemaal niet zo ‘pin-minded’ als wij Nederlanders.
- Het is mogelijk om bij het VVV-kantoor een audiogids te huren, waarmee je een gesproken rondleiding door het stadje krijgt.
- Hoewel het uiteindelijke doel van iedere bezoeker is om uiteindelijk helemaal boven de komen in de abdij, is er onderweg ook genoeg te zien. Zo kent het stadje vier musea, waarvan het musée historique du Mont Saint Michel het meest opmerkelijke is. Het is te vinden aan Les Remparts, maar dat is gewoon de route naar boven, aan je rechterhand. Met wassen beelden wordt hier de historie van de stad getoond.
- Om verrassingen te voorkomen: Wil je echt helemaal naar ‘de top’ van de stad, dan zul je daarvoor moeten betalen. Om op het plateau te komen dat een prachtig uitzicht over de baai en de omgeving geeft moet je entree betalen om door de abdij te lopen. Dus hou daar rekening mee.
- De kerk is gewoon nog als zodanig in gebruik. Als je op het juiste moment komt, dan kan het zijn dat je naar gezang kunt luisteren.
- Mensen die van plannen weten kunnen over het zand een wandeling rondom Mont-Saint-Michel maken. Zoals bekend valt het eiland droog bij eb, maar daarvoor moet je voor je bezoek wel eerst de heersende getijden opzoeken.
- Niet alleen de gebouwen trekken aandacht, maar vooral ook de mensen. Door de enorme aantrekkingskracht lopen hier vele nationaliteiten op een klein stukje aarde dwars door elkaar. Van groepen Chinezen (‘Follow the guide with the yellow umbrella’) tot mensen uit India in traditionele gewaden.
Voor de voorbereiding op deze trip (voor verblijf of meer informatie over wat je er in de regio kunt doen) kun je www.france-voyage.com raadplegen.








